nieuw in de WOR: met de OR praten over het loon van de baas!
De OR had al de mogelijkheid om op grond van het informatierecht (artikel 31d WOR) de beloningen bespreekbaar te maken. Maar OR’en maken hier niet zo vaak gebruik van; slechts 1 op de 5 bedrijven blijkt dit te doen. Praten over de beloning van de baas ligt blijkbaar wat gevoelig. Nu heeft de Eerste Kamer Kamer ingestemd met een wijziging van de WOR waardoor bedrijven dit verplicht met de OR moeten bespreken. Wij zijn benieuwd of daarmee het animo zal toenemen.
Op 12 juni is de wetswijziging in de 1e Kamer aangenomen. Daarmee zijn bedrijven met meer dan 100 werknemers verplicht om minstens (!) 1 keer per jaar met hun OR te overleggen over de beloningen in de organisatie, inclusief de beloningen voor de directie en RVT/RVC (Raad van Commissarissen / Raad van Toezicht). Het overlegrecht (artikel 23) is hierop uitgebreid.
De reden voor dit besluit
Onevenredige beloningsverschillen kunnen de arbeidsverhoudingen binnen ondernemingen schaden. Het gesprek tussen OR en bestuurder/werkgever kan bijdragen aan het voorkomen hiervan. Daar hoort bij dat de OR duidelijke cijfers aangeboden krijgt, volledig en gestructureerd, waaruit bijvoorbeeld blijkt hoe de beloningssituatie zich ontwikkelt ten opzichte van vorige jaren. Daar hoort ook bij dat bedrijven/bestuurders zich niet (onnodig) beroepen op geheimhouding, zodat de OR dit onderwerp ook met de achterban kan bespreken.
De OR kon al op grond van het informatierecht (artikel 31d WOR) de beloningen agenderen en bespreken. Nu wordt het dus verplicht dat hierover minsten eenmaal per jaar gesproken gaat worden (artikel 24 WOR). Daarbij gaat het niet alleen om de hoogte van de beloningen maar ook over eventuele regelingen (winstdeling, optieregelingen, prestatiebeloningen, bonussen, vertrekregelingen etc). Of daarmee de schroom minder wordt om dit diepgaand te bespreken, valt te bezien. Maar zo’n verplichting bevorderd wel dat de bestuurder actief verantwoording aflegt over de ontwikkeling van de beloningsverhoudingen en de OR hoeft dit voor beide partijen gevoelige onderwerp niet meer zelf ter sprake te brengen. Misschien wordt het hierdoor ‘meer normaal’ om met de OR te praten over beloningsverhoudingen en argumenten uit te wisselen over het te voeren beleid.