OR regelt compensatie pensioenpremie
Vanaf 1 januari 2014 stijgt de pensioenrichtleeftijd naar 67 jaar en daalt het opbouwpercentage voor
pensioenen in een middelloonregeling van 2,25% naar 2,15%. Die verlaging heeft te maken met het
feit dat werknemers langer de tijd hebben om hun pensioen bij elkaar te sparen. Hierdoor verlaagt de pensioenpremie en krijgen werkgevers extra financiële ruimte. Heeft u enig idee wat uw werkgever daarmee doet?
Uit onderzoek van Mercer blijkt dat 48% van de organisaties – die niet onder een bedrijfstakpensioenfonds of verplichte cao vallen – de premieverlaging voor de pensioenopbouw niet zal compenseren door extra bruto loon uit te keren. Van de werkgevers is 39% van plan om de pensioenverlaging te verdelen tussen de werkgever en de werknemer. Slechts 13% compenseert de werknemers door extra loon uit te keren.
Extra bruto loon om economie te stimuleren
Dat is ook een tegenvaller voor de overheid, want die ging er vanuit dat er door de premieverlaging extra bruto loon beschikbaar zou komen om de economie te stimuleren. Adviesbureau Pensioen Perspectief stelt in een artikel (pdf) in het Financieele Dagblad dat de vrijval van de premie aan de werknemer moet worden gecompenseerd. Pensioen is tenslotte uitgesteld loon. Is dit uitgestelde loon wettelijk niet meer toegestaan, dan zou die moeten worden vervangen door loon dat direct ingaat.
Compensatie voor premieverlaging pensioen
Besluit de werkgever om de premieverlaging helemaal niet of slechts gedeeltelijk te compenseren vanwege zwaarwegende bedrijfseconomische redenen, dan heeft hij een goede reden. Maar als hiervan geen sprake is, hoeft de OR zich niet snel gewonnen te geven en kan hij van de werkgever een compensatie voor de premieverlaging vragen. De kans bestaat ook dat uw bestuurder hierover nog helemaal niet heeft nagedacht. Het loont dan zeker de moeite om het te bespreken!
Bron: OR rendement