reistijd telt soms ook als arbeidstijd
In bepaalde omstandigheden moet de reistijd van werknemers van hun huis naar een klant of klus meetellen als arbeidstijd. Dat besloot het Europees Hof van Justitie kortgeleden in een Spaanse rechtszaak.
Gewoonlijk valt de tijd die werknemers nodig hebben om van en naar hun werk te reizen niet onder hun arbeidstijd. Maar als een werkgever besluit om vestigingen te sluiten of te verhuizen, veranderen de werkomstandigheden van de werknemers. In dat geval bestaat de kans dat de nieuwe reistijd onder werktijd valt. Sinds december 2012 zijn arbeidstijd en rusttijd in de Arbeidstijdenwet (ATW) gedefinieerd.
Overtreding van de Arbeidstijdenwet
Als de reistijd moeten worden meegeteld als arbeidstijd, kan het zo zijn dat uw organisatie de Arbeidstijdenwet overtreedt. Er zijn immers regels gebonden aan de lengte van een werkdag en pauzetijden. Bovendien bestaat bij te lange werktijden of te korte rusttijden het risico op gezondheidsklachten door vermoeidheid.
Op pagina 17 van de Basisinspectiemodule arbeidstijdenwet van Inspectie SZW vindt u een stroomschema waarmee u eenvoudig kunt beoordelen of de reistijd van werknemers wel of niet onder de arbeidstijd moet vallen.
Woon-werkverkeer is werktijd
In een recente zaak bij het Europees Hof draaide het om een Spaanse werkgever die zijn regiokantoren had gesloten. Na de sluiting van die kantoren moesten werknemers direct vanaf hun thuisadres naar de eerste klant reizen. De werkgever zag die reistijd als rusttijd. Maar het Hof oordeelde anders. Omdat de werknemers tijdens dit woon-werkverkeer niet vrij over hun tijd konden beschikken, moest hun reistijd onder arbeidstijd vallen.
Bron: Or Rendement
Europees Hof van Justitie, 10 september 2015, zaak C-266/14