SER stelt richtbedragen or-scholing 2025 vast
De SER heeft de richtbedragen voor or-cursussen voor 2025 vastgesteld. De bedragen zijn all-in en exclusief BTW. Het richtbedrag voor een maatwerkcursus voor de hele ondernemingsraad is vastgesteld op 1275 euro per dagdeel per or (was in 2024: 1250 euro). Het richtbedrag voor een cursus op basis van open inschrijving is 225 euro per dagdeel per or-lid (was in 2024: 200 euro).
Richtbedragen als indicatie
De SER stelt jaarlijks de richtbedragen vast op voordracht van de Commissie Bevordering Medezeggenschap (CBM). Deze richtbedragen geven een indicatie van wat onder normale omstandigheden redelijke kosten per dagdeel zijn voor scholing en vorming van voldoende kwaliteit. Het is dus geen wettelijke norm, maar een richtlijn, bedoeld als houvast voor ondernemer en ondernemingsraad (or) als het gaat om de kosten voor scholing. De richtbedragen zijn berekend op basis van de tarieven die de opleidingsinstituten met een SCOOR-MZO certificaat in de praktijk hanteren.
Recht op scholing
Or-leden hebben een wettelijk recht op scholing. De ondernemer is verplicht de leden van de or een minimum aantal dagen per jaar, in werktijd en met behoud van loon, de gelegenheid te bieden de scholing te volgen die zij voor hun taak als or-lid nodig oordelen. De ondernemer en or stellen het aantal dagen in gezamenlijk overleg vast. De ondernemer is verplicht de kosten die redelijkerwijs noodzakelijk zijn voor de scholing van or-leden te betalen.
Belang scholing or leden
Ondernemingsraden (or’s) en ondernemers hebben er allebei baat bij als de or een deskundige en gelijkwaardige sparringpartner is voor de ondernemer. Het is daarom belangrijk dat or-leden specifieke opleidingen of trainingen kunnen volgen. Dat zorgt ervoor dat een or meerwaarde heeft en een goede belangenbehartiger is voor de medewerkers.
De CBM stimuleert daarom dat bestuurders en or’s blijvend investeren in deskundigheid. Daarbij gaat het om kennis en kunde op het gebied van medezeggenschap, inhoud, proces en onderlinge relaties. Dat vergt van beide partijen dat zij werken aan bevordering van hun deskundigheid. Van de bestuurder dat hij de or stimuleert en faciliteert om zich te ontwikkelen. Denk aan de organisatie van het werk, ter beschikking stellen van tijd en budget. Voor de or-leden betekent het dat die daadwerkelijk gebruik maken van de mogelijkheden om zich te ontwikkelen tot een deskundige gesprekspartner. Maar ook efficiënt en effectief met hun tijd omgaan.
De or heeft verder te maken met ontwikkelingen als flexibilisering, technologische ontwikkelingen en toenemende werkdruk. Dat vraagt veel van or’s die regelmatig van samenstelling wisselen en zeker van nieuwe leden. Erkende opleiders bereiden de or(-leden) goed voor op hun rol en zorgen dat de or een sterke, gelijkwaardiger gesprekspartner is voor de ondernemer en anderen.
All-in tarief
De richtbedragen zijn all-in, wat betekent dat alle kosten worden meegenomen: het tarief van de trainers, docenten en medewerkers, de kosten van voorbereiding, uitvoering en nazorg van de cursus, eventuele reiskosten en de kosten voor de overhead en cursusmaterialen. De richtbedragen zijn exclusief BTW.
Kosten accommodatie
De SER geeft geen richtbedrag voor de kosten van de accommodatie voor maatwerkcursussen voor de hele or, omdat deze kosten sterk uiteen kunnen lopen. Ze zijn afhankelijk van de te kiezen locatie. In het all-in tarief voor een open inschrijvingscursus zijn wel de gemiddelde accommodatie kosten opgenomen.
Bron: SER